maandag 9 juli 2018

Bo(o)sdoeners


Beste allemaal,

Zondag 1 juli zijn de Torenvalkenkuikens geringd. Er zaten er totaal 4 in de kast, waarvan er één nog bijzonder klein was. De jonge Buizerds waren al aardig gegroeid. We zagen in ieder geval 1 boven de rand van het nest uitsteken.  De foto’s van het ringen en de Buizerd volgen nog.
Zaterdag 21 juli is er weer een werkdag in het Ommedijkse Bos. We zullen wederom de nieuwe beplanting controleren op al te agressief groeiende kruiden, én op de boombescherming. Het blijkt namelijk dat reeën af en toe aan de boombeschermers zitten. Al enkele jaren treffen we takken en boompjes aan waarvan de bast afgeschuurd is. Zie foto.
Jaren lang twijfelden we wie de boosdoener was. Was het een Ree of was het een Haas. Van Hazen weet ik dat ze 's winters bij voedselgebrek rechtop tegen takken kunnen staan om zo de bast er af te knagen. Maar inmiddels kunnen we met zekerheid de Reeën als boosdoeners aanwijzen. Vorige week trof ik het Ommedijkse Bos een deel van de boombeschermers omhoog geschoven en zelfs open getrokken, zodat ze naast de boompjes lagen. Het gevolg : de bast was er op sommige plaatsen vanaf geschuurd.
Waarom doen deze Reeën dit:
Er lopen in de Ommedijkse Polder incl. ons bos 2 hindes en 1 bok. Een reebok heeft een territorium variërend van 5 tot 30 ha. Tijdens de winterperiode kunnen er meerdere bokken in dit territorium lopen, maar in het zomer half jaar is de genoemde oppervlakte bestemd voor 1 bok. Deze bok kan dus meerdere geiten hebben. De bok verliest in februari zijn gewei. Hierna groeit het nieuwe gewei aan incl. beschermende bast. Deze bast gaat in de loop van het voorjaar irriteren en jeuken. Door met het gewei langs takken te schuren raakt de bast geleidelijk los. Dit gaat soms met zoveel kracht dat jonge boompjes uit de grond worden gerukt. Vandaar de omhoog geschoven boombeschermers.
Wie denkt dat de boompjes veilig zijn wanneer het ree een nieuw gewei heeft, heeft het mis. In juli en augustus begint de bronsttijd. Tijdens deze periode laat het ree overal zijn eigen geur achter. Deze geurklieren zitten vooral, jullie raden het al, in het gewei. Opnieuw schuurt hij weer langs de takken.
Tevens schraapt hij rond boompjes een soort graafplekken waarmee hij d.m.v. de hoeven weer zijn geur op deze plek achter laat. Ook dit hebben we meerdere malen in het bos gezien.

Ik hoop jullie allemaal 21 juli om 10 uur in het Ommedijkse Bos te zien.

Groet,
Johan.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten