Van IVN en KNNV




Uit de nieuwsbrief jan.2019 van IVN :



1. Detectiecamera in het Ommedijkse Bos : Leerzaam, educatief of onzin?



Sinds kort is onze Werkgroep Agrarisch Natuurbeheer (hierna: WAN) aan het experimenteren met een detectiecamera /wildcamera in het Ommedijkse Bos in Wassenaar. De WAN bestond in 2018 dertig jaar. Na zo’n lange periode leek het me een goed idee om vooral het Ommedijkse Bos het komend jaar op allerlei manieren eens grondig te inventariseren. Zeker omdat het bos door de massale Essentaksterfte een compleet ander uiterlijk heeft gekregen.  Meer open plekken met riet en andere ruigtekruiden. Ieder voorjaar inventariseer ik het bos op vogels en de K.N.N.V. gaat in het voorjaar/zomer de flora inventariseren.
Maar hoe zit het met zoogdieren? Wat leeft er? Hoe is hun gedrag? Wie stropen de boombeschermers steeds van de nieuwe aanplant? enz. Ik weet dat er reeën leven en dat het bos regelmatig doorkruist wordt door vossen. Maar verder?
Na afloop van de landelijke natuurwerkdag dronken we met enkele deelnemers nog wat en vertelde ik over het idee om een wildcamera aan te schaffen. Eén van de deelnemers reageerde laconiek: je mag hem van mij wel af en toe lenen ? Nou, dat liet ik me geen twee keer zeggen.  Zo werd de wildcamera in december voor het eerst voor twee weken opgehangen. Vol spanning ging ik na twee weken terug om het resultaat te zien. Er waren totaal ……achthonderd foto’s gemaakt.Zeshonderd daarvan zijn op een zaterdag gemaakt dat wij aan het werk waren.De andere foto’s waren allemaal van reeën. Iedere avond rond 11:00 uur struinden ze langs de plek waar de camera hing.Totaal waren het twee reebokken en twee reegeiten. In de winter leven ze in grotere groepen. In het voorjaar/zomer leven ze meer solitair (één bok en één geit). 
Wat is het nut van een wildcamera?
De één noemt het verstoring (wat het met infrarood foto’s nooit is) en de ander vindt het leerzaam. Kunnen wij als IVN hier iets mee? Ik denk van wel. We kunnen zoveel leren van de foto’s. De reeën eten ‘s winters ook houtige gewassen, leven dus minder solitair en hebben een vast patroon, vaste routes e.d.
 Ik denk dat wij gidsen hier heel veel van kunnen leren, al zijn we er niet zelf bij. Informatie die we zeker bij excursies  kunnen gebruiken. Zo hangt de camera op dit moment weer in het bos, langs een spoor waar iedere avond één à twee vossen  langs komen.

In eerste instantie hebben we vanuit de werkgroep een Voucher aangevraagd om een camera aan te schaffen. Tegelijkertijd kreeg ik van het IVN-bestuur te horen dat we via de vereniging een camera mogen aanschaffen. Het wordt dan niet een camera alleen voor de WAN maar voor de hele afdeling.

Het enige nadeel is dat de camera niet opgehangen kan worden in druk bezochte gebieden.

Jullie zullen er het komend jaar in ieder geval meer van horen en zien. Graag zie ik ook reacties tegemoet.


Johan Kieft 


 Mail dd 31-12-2018 van (KNNV) Koen aan Johan:

 We hebben een dik uur door en om het bos gelopen en zoals Johan al had aangekondigd ‘stel je er niet te veel van voor’ vonden we maar weinig varens. Twee soorten: een mooi exemplaar Brede stekelvaren (89.350-463.469) een een groep (ongeveer 2 a 3 vierkante meter) Mannetjesvaren ((89.365-463.488).
De eerste soorten zijn dus gestreept. Ik vermoed dat er niet veel meer aan varensoorten te vinden zal zijn: het bos is tamelijk droog, de walkanten worden regelmatig bedekt met slootmateriaal en het riet en de bramen doen het uiterst weelderig. Die laatste zijn gelukkig op heel wat plekken aardig bestreden, zodat het gebied voor een deel toegankelijk en te overzien is.
Een mooi terrein met veel sfeer en een ruime afwisseling tussen hoog, minder hoog, laag en geen bos.
Er staan oude stobben die vast al meer dan eeuw de jaarwisseling hebben meegemaakt. Ik kan me voorstellen dat Johan die er 30 jaar beheert te horen krijgt dat hij met het bos ‘getrouwd’ is, want het is er echt de moeite waard.
Al pratend heb ik Johan beloofd aan Jeannette te vragen of zij bereid/in staat is de mossen en korstmossen te inventariseren. Johan doet zelf de vogels. Maar dan blijven nog de paddenstoelen en niet te vergeten de insecten over. Om de biodiversiteit in kaart te brengen zijn die organismen ook onontbeerlijk.
Zo heb je enige impressie van het rondje Ommedijksebos. Johan verwees nog naar de site: groepwan.blogspot.com. Die ziet er mooi uit met onder ‘beheersplan’ ook nog een lijst met de planten die de PWG o.l.v. Bep in 2006 in het bos heeft waargenomen. Een mooi referentiepunt.
Daar staan trouwens de twee varensoorten niet op.

Een goed uiteinde en vriendelijke groet,

Koen
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten